Een zondag en maandag in Sydney

Buiten het appartement wacht altijd de zee. 

Op een dag zal ik de naam van deze zeebomen weten

Op een dag zal ik de naam van deze zeebomen weten

Tijdens onze eerste twee dagen hier valt het ons toch wel op dat we hier veel kennen. We wandelen eens langs ons vroegere appartement, er is niet veel veranderd: buurvrouw Sharon stofzuigt nog steeds de gang. Ze herkent ons, we maken een praatje en de Russische buurvrouw komt erbij, allemaal gezellig en ook wat bizar.

Vandaag kochten we een snoepje in de Chinese buurtwinkel, het was nog dezelfde dame achter de kassa, die meteen vroeg hoe het met ons gaat. We waren hier echt wel thuis, en al zijn er sommige favoriete winkels en cafeetjes weg, het meeste is nauwelijks veranderd. Zes jaar is ook geen eeuwigheid natuurlijk.

Behalve misschien voor de babyplatypus die Marie wil bezoeken in het aquarium - de babyplatypus die 6 jaar geleden geboren werd...

Hier nog wat foto's van gisteren en van vandaag:

 https://goo.gl/photos/C8H5YrfJt9j6iFq89

 https://goo.gl/photos/3CvBzWZZ2zAcTqXR9

 

You can't put your arm around a memory

Een song die door m'n hoofd spookt, en het gedoe met herinneringen meteen ook samenvat. Herinneringen, al goed en wel, we hebben ze nodig. Maar nostalgie? Ik ben er wreed ontvankelijk voor, maar het zet geen zoden aan de dijk, en is potentieel zelfs gevaarlijk. Zonder nostalgie geen Brexit wellicht.

Voor iemand die jarenlang boeken over plaatselijke geschiedenis heeft uitgegeven is het niet evident om zich tegen nostalgie te verzetten, zeker niet bij het schrijven van een blog. Tenslotte maak je daarmee ook herinneringen, waar later dan weer nostalgie voor op de loer ligt.

In ieder geval zijn we heelhuids gearriveerd. Dat de weg lang is, en het enige discipline vergt om 11 uur vliegen te vervolgen met 3 uur in een luchthaven hangen en nog eens 8 uur vliegen, spreekt voor zich. Dat het van geluk spreken is dat de taxichauffeur in wiens auto ik mijn rugzak (met alles erin) liet liggen de moeite nam om ons te komen zoeken om 'm terug te geven, eveneens.

We logeren in een ruim en ietwat onderkomen appartement vlak bij het strand. Het onderkomen aspect wordt ruimschoots gecompenseerd door de aanwezigheid van  een fijn gevulde boekenkast en passend-kitscherige Hawaïaanse schoonheden aan de muur. 

Dit is Rita. Ze heeft véél zussen. 

Dit is Rita. Ze heeft véél zussen. 

We maakten gisterenavond nog een korte wandeling, en het was een overweldigend emotioneel terugzien. Alsof ik getimewarped werd naar 6 jaar geleden. Niet dat er zich toen, of in tussentijds, wereldschokkende veranderingen hebben voorgedaan. Gewoon, het leven dat passeert.

En dat leven dat altijd gewoon passeert, maakte gisteravond even een ommetje om nóg eens te passeren, onder die rare bomen hier aan de kust, op die specifieke tegeltje aan de dijk, tussen de mengeling van kille nachtwinkels en straalbezopen voorbijgangers op Coogee Bay Road.  

Hier zit ik te schrijven, de blauwe lucht en nieuwe avonturen wenken. 

Hier zit ik te schrijven, de blauwe lucht en nieuwe avonturen wenken. 

Halfweg

Nee, we zijn nog niet halfweg, maar ergens in een gelijknamig stadje in de buurt van Amsterdam. 

Iedereen is vrolijk, en er is voetbal op tv.

In de late jaren 70 kwamen de mensen speciaal naar hier voor de plafondtegels-met-spiegel.

In de late jaren 70 kwamen de mensen speciaal naar hier voor de plafondtegels-met-spiegel.

Dappere distels.

Dappere distels.

Vanavond is er een Summer Party, misschien komt de zon er nog door.

Vanavond is er een Summer Party, misschien komt de zon er nog door.

Het regende hard op weg naar hier. Gelukkig waren Pino en Pauw mee, al jarenlang trouwe reisgezellen die menig lange autorit wisten op te vrolijken met hun fratsen.

Ik ben ook erg trots op mijn paspoort-personalisatie-hack.

image.jpg

Eerste berichtje Australië deel 2: minder dan een week te gaan

Donderdag is het zo ver. We hebben al een playlist voor onderweg. 

Evenwichtsoefening voor vier reizigers

Evenwichtsoefening voor vier reizigers

Om alvast in de stemming te komen heb ik al weken een jetlag. In mijn onbekend land van herkomst begint de dag steevast om vijf uur  's ochtends. Ik beschouw het maar als extra tijd... Om terug te kijken naar foto's en filmpjes van 6 jaar geleden bijvoorbeeld, toen we voor het eerst naar Australië gingen, toen het eerste deel van deze blog geschreven werd, toen onze kinderen 4 en 6 waren, toen ik nog een kleine zelfstandige was, toen het Verenigd Koninkrijk noch helemaal bij de Europese Unie hoorde. 

Ik weet het nu al: deze reis wordt anders. Was het de eerste keer allemaal nieuw, reist de zes jaar ertussen nu onvermijdelijk mee.

Dat kan goed zijn, maar mezelf kennende ga ga ik moeten opletten om niet té veel in mijmermodus te gaan. Jaja de kinderen zijn groter jaja er is veel gebeurd tussenin jaja we zijn eigenlijk allemaal andere mensen ondertussen, maar... nu is ook nog altijd nu, en het is nu dat er geleefd moet worden. 

 

 

En nu écht het laatste berichtje!

We zijn ondertussen enkele weken thuis, en wat is het hier fijn! Het zwarte gat heeft het een halve dag volgehouden, en is dan meteen gevuld met de dagdagelijkse gang der dingen, en die zijn allemaal met een laagje luister omringd nu.

In willekeurige volgorde:

Oh wat geniet ik van een auto! Je hebt iets nodig, je springt erin en je gaat het kopen, zonder eerst 3 uur op www.sydneybuses.com.au te zitten zoeken naar een treffelijke verbinding.

Oh wat geniet ik van de school! Wat een zalige plek voor kinderen om te vertoeven: er wordt goed voor hen gezorgd, ze leren vanalles bij, en ze hebben er vriendjes bij de vleet, waar ze wellicht nog het meest van bijleren. Lena leerde touwtjespringen van Jitske, Marie leert oprecht haar verontschuldigingen aanbieden van Tijl.

En een babbeltje doen aan de schoolpoort heb ik ook gemist!

Morgen krijgt Lena haar rapport, ik ben er buitengewoon benieuwd naar. Omdat het ook een beetje mijn rapport is, al gaat alle krediet naar haar natuurlijk (ik ga ervan uit dat het wel OK zal zijn, de toetsen gingen vlot).

En als ze in de namiddag thuiskomen heb ik zoveel zin om hen te zien, dat we er automatisch leuke avonden van maken. Heb ik al verteld dat ze nu om de beurt zélf boterhammen smeren voor op school? Dat is een zeer leuk zicht aan de ontbijttafel.

Natuurlijk is het ook heel fijn om weer dicht bij familie en vrienden te zijn, al heb ik het gevoel dat we er niet in slagen iedereen te zien. Bovendien heeft iedereen het druk, wij incluis, en is er over de dagelijkse dingen in Oostakker minder te melden dan over avonturen in verre landen, waardoor het raar genoeg lijkt dat we familie minder vaak spreken dan vorige maand! Zelfs weer werken is plezierig, het vergde wat tijd om op dreef te komen maar nu vind ik het leuk om er weer tegenaan te gaan.

Mis ik dan niets van Sydney?

Toch wel, de vrienden daar, Carmel en Miley, en Ines en haar kindjes. We zaten allemaal in een vergelijkbare situatie (thuiswerkende mama's ver van huis), en dat schept zo'n band - een vriendschap die toch moeilijk op dezelfde manier te onderhouden is als je een halve aarde van elkaar verwijderd bent.

Het fenomenale landschap, de blauwe lucht, de zee van Coogee, de take-away cappucino's... Lena moet er wat aan wennen dat we niet élke maaltijd allemaal samen eten, en Marie mist haar Uluruutje zoals ze die megagrote Ayers Rock zelf omschrijft.

Tom heeft zoveel werk, die heeft geen tijd om uitgebreid te gaan zitten terugblikken, al trok hij vandaag een wenkbrauw op bij het eten van een avocado - waren die hier altijd vreemd waterig en zeepachtig van structuur? Als "nieuw project" heb ik me ingeschreven voor een cursus biologisch tuinieren en ben ik fervent aan het sporten gegaan. Op verzoek begin ik het blog "De biologische siertuin tussen droom en daad" of "Sweat blood - Anabel doet een Matthias Schoenaertske" :-)

Sydney lijkt al zo lang geleden... Ik moet dringend een fotoalbum maken, maar we hebben zoveel foto's dat ik er wat tegenop zie. Deze foto's van onze aankomst op Zaventem mogen dit blog alvast écht afsluiten! (beloofd!)

Het zwarte gat

Drie dagen thuis, de kindjes zijn naar school (alles ging goed), Tom is naar Brussel, en ik zit hier. Ik heb hier naar uitgekeken, "eens op mijn gemak alleen in mijn eigen huis"... Jaja. Koud is het hier, en grijs, en stil, en ik mis de kindjes en ik mis Tom en ik beklaag mezelf, op wie enkel een kille computer en een onoverzichtelijke berg werk wacht. Al geniet ik ook wel-een beetje-van de rust.
De thuiskomst was heel leuk, met een spandoek en geschenkjes en een versierde oprit, we waren blij om zo welkom te zijn. Maar nu is het avontuur wel degelijk over, moet ik het blog afsluiten (niets zo onnozel als een reisblog dat blijft duren als ook de laatste koffer uitegpakt is), en verder gaan met het Gewone Leven, zonder groot project in het vooruitzicht. Kwestie van uitdaging kan dat ook tellen, eigenlijk. Ik had nog gedacht om een mooi afsluitend postje te maken, met lijstjes van wat we het meeste gemist hebben, wat we nu echt bijgeleerd hebben, waar we het meeste aan gaan terugdenken... In de hoop het hoofdstuk Australië met een mooie strik errond als afgesloten te beschouwen, en vol goede moed het leven van hier, wat we toch wel gemist hebben, weer in te duiken. Maar zo gaat het niet, hoofdstukken in levens laten zich niet zo makkelijk afsluiten en de bladzijde omslaan is ook alleen maar mogelijk op papier.
Een blog afsluiten gaat wel gemakkelijk: dag blog, en vooral dag lezers, ik ben blij dat jullie het graag gelezen hebben, bedankt voor jullie interesse: door het schrijven voelde ik me dichter bij jullie, en het blog was bovendien motiverend om er het beste van te maken.
En nu ga ik hup met de geit ook van een deze dag het beste maken-de mooiste stad van de wereld wacht, met solden en koffie!

Terug in Coogee!

Gisterenavond zonder problemen weer "thuis" geraakt.

Nog een laatste keer naar Centennial Park.

De volgende dagen waren een soort afscheidstournee, van mensen en van plaatsen... En nu zitten we in de luchthaven van Hong Kong te wachten op de vlucht naar Londen. Het duurt een tijdje, maar de koffiebar is aan het openen hopen we.

Hier wat foto's van onze laatste dag in Australië, op Australia Day - vandaar alle vlaggen. Ook wel toepasselijk als afscheid.

Pretty toight (laatste dag NZ)

Ergens was het Austin Powers op tv, Goldmember. Het "pretty toight" weerklinkt hier nu te pas en te onpas. Onze baggage is pretty toight, onze campervan is pretty toight en al de rest ook. De laatste dag in Nieuw Zeeland was leuk, de voorlaatst minder: dat blijkt vaker zo te zijn, de reisdag zelf gaat goed, maar de dag voordien met alle inpak en check enzo loopt meestal in het honderd. Ik schrijf dit op de voorlaatst dag hier in Sydney, morgen reizen we terug, dus ik weer waarover ik spreek :-).

Terug naar vandaag: kunnen we nu ineens aan geen geld meer!!! Vier kaarten van rekeningen waar zeker geld op staat-deze ochtend gecheckt on-line-en geen enkele geeft geld. We hebben nog 40 dollar op zak. Gelukkig komen we Carmel tegen waar we geld van kunnen lenen, maar we maken ons toch zorgen over waarom onze kaarten geweigerd worden. 

 

2 De dag dat de hemelsluizen "het even in beraad hielden"

We ontbijten tussen de backpackers in de keuken van de camping, ik vind het altijd aandoenlijk om zien hoeveel spel die maken van hun ontbijt. Eitje, toastje, plakje bacon, sommigen bakken zelfs pannenkoeken met verse fruitsla of tortilla's. Nu ja, het regent, ze moeten nergens heen en in de keuken is er meer volk dan in de camper. Ze slepen de ingrediënten in grote curverbakken aan, ik vraag me af waar ze dat steken in die kleine bestelwagentjes waar ze mee rondtuffen.

Wat er allemaal in zo'n busje kan, je houdt 't niet voor mogelijk.

Op de plaats waar bij ons 2 kleine snuitjes zitten wellicht. De 2 kleine snuitjes die vandaag zowaar toast met boter en confituur krijgen, een welkome afwisseling op de Gezonde Compacte Vullende Havermout die hun no-fuss food mama hen op verplaatsing vaak voorschotelt.

Havermout! 

Even over zandvlooien: ik begin de kleine zwarte jeuk-op-vleugeltjes echt te haten. Nieuw Zeeland market zichzelf als een vriendelijk land zonder gevaarlijke dieren. Wel, ik heb liever honderd taipan slangen in de bomen, vijftig redback spiders in de bush en twintig krokodillen in de rivier dan vijf van die vliegende venijntjes op mijn vel. Je hoort ze niet, je voelt ze zelfs amper bijten, je betrapt ze toevallig terwijl ze met hun zuigmondje slurp slurp je bloed aan het oplebberen zijn, je mept ze dood en pas dagen later begint het te jeuken als gek. Als je krabt, krijg je blaren. Als je niet krabt, ben je een zenmonnik of Tom, die er geen last van heeft. De kinderen eigenlijk ook nauwelijks, wellicht ben ik kleinzerig.

De autorit is heel mooi vandaag, en rustig. Op de verre achterbank spelen ze samen Winx op de Nintendo, of horen we Lena heel uitgebreide verhalen vertellen aan Marie.

's Avonds spelen we memory in de camper, met bergen op de achtergrond.

De dag dat de hemelsluizen open gingen: Greymouth

De camping in Greymouth lag vlak aan de zee, de ruige westkust met wrakhout op het gladde platte keienstrand en woest rollende golven die zo hard op de kiezels beuken dat de fijne zeedruppels meters in het rond spatten.

We zouden gaan eten voor Tom zijn verjaardag, maar er was niets in de buurt, dus versterkten we het aangespoelde- drenkeling gevoel door bij de Chez Britz te gaan eten: Vers uit het blik gedraaide tonijn met ananasschijven "métallique" op een bedje van goed geconserveerde rode bietjes, vergezeld van boontjes in tomatensaus méthode Heinz. Crackers en Pumpernickel à volonté. Iedereen eet met verbazend veel smaak, wat honger al niet kan doen. Lena en Marie maakten snel vriendjes om nog even op de trampoline te springen: in de verte horen Tom en ik een klein stemmetje "one two three now we all spring together!" en dan Lena "nee nee spring is lente!" Ik overtuig Tom om naar de zonsondergang op het strand te gaan kijken, en het is een Mooi Moment, de lucht kleurt roze en paars, de rotsen in de zee steeds donkerder blauw. In de verte stookt iemand een vuurtje op het strand, de rook stijgt naar de nevels die uit de omringende heuvels naar beneden komen. Als we de kindjes gaan halen zijn ze niet meer aan het springen, er kwam een hippie mama en die zei dat als de zon ondergaat, de trampoline ook plat wordt!

Het "mooi moment"

De volgende ochtend zagen we een grijze lucht. Toen kwam de regen en waste alles weg... Niet alles hoor, niets vergeleken met de wateroverlast waar Australië mee kampt. In Sydney zijn er geen problemen naar verluidt, maar wellicht zien en horen jullie in België daar meer over dan wij, die zonder tv, radio of krant van toeten noch blazen weten. Tom koopt soms een krant, maar het is altijd zo'n plaatselijk nieuws en zo slecht geschreven... In ieder geval gaan we vandaag geen goud zoeken in Shantytown zoals we gepland hadden, maar gaan we voor wat retail therapy. In Alice Springs kochten we dot paintings, en aan Nieuw Zeeland willen we toch ook een tastbaar aandenken hebben. Er is hier een belangrijke vindplaats voor pounami, jade. We bezoeken een atelier waar we zien hoe met een diamantzaag grote plakken van de eerst grijze steen gezaagd worden, en hoe de steenbewerkers dan allerlei voorwerpen en sierraden tevoorschijn toveren.

Jade bewerken

Na veel wikken en wegen kiezen we allemaal iets wat we leuk vinden, we duiken weer in de camper en rijden naar de Franz Josef gletsjer, waar we helemaal niets van te zien krijgen omdat het blijft gieten en de hele omgeving in een dichte mist gehuld blijft. We gaan dan maar eens op restaurant, en dat is ook plezant. Lena loopt zowaar een kennis tegen het lijf: Floris van de Kangoeroeschool die hier met zijn familie op vakantie is. Ze is zo in haar nopjes!

Geen overstromingen hier!

Even om te laten weten dat we hier ver van de overstromingen zitten.

De Pancake rotsen, als laagjes pannenkoeken op elkaar.

Kaiteriti

Volgende camping is zeer vol, zeer toeristisch, vol brede kerels met brede 4x4's en brede boten, met roodverbrande mama's en opgedirkte prepubers, grote propere keuken en douches. I love it!

Onderweg stoppen we aan een van de talrijke stalletjes met fruit: we rijden door boomgaarden vol perziken, appels, kersen, druiven, peren...de kiwi's groeiden aan de andere kant van het eiland.

Het eten in Nieuw Zeeland is vaak zelfgemaakt :-)

Het eten in Nieuw Zeeland is vaak zelfgemaakt :-)

Tom zijn verjaardagsontbijt met veel vers fruit.

Tom zijn verjaardagsontbijt met veel vers fruit.

Lena en Marie zingen happy birthday

We brengen de namiddag aan het strand door, mooi gouden strand aan Abel Tasman National Park. Wel zéér warm.

We brengen de namiddag aan het strand door, mooi gouden strand aan Abel Tasman National Park. Wel zéér warm.

De eesrte schelpenberg van het jaar!

De eesrte schelpenberg van het jaar!

Campervan!

(Voor foto's: link naar Google photos onderaan)

En nu zijn we weg! Helemaal van Christchurch naar Saint-Arnaud, bovenaan het eiland.

We rijden eerst door een kleine groene bollen gebergte, en nu zijn de bergen weer groter en gekarteld. De weg is lang en bochtig, maar het valt blijkbaar best mee om met zo'n camper te rijden. Vangt wel veel wind. De kindjes hebben veel leute met het inrichten van hun achterbank, en ze zitten zo ver van ons dat we hun plezier niet kunnen vergallen.

De laatste rechte lijn. Ik zou graag eens ergens aankomen waar we wat mensen kennen, hoe mooi het hier ook is, ik zou toch graag eens wat meer gekend volk zien.

Dit gezegd zijnde, kwamen we aan de camping van Nelson Lakes National Park. Prachtig meer, kleine camping vlak eraan. Er is geen receptie, ik stap vrolijk op een groepje kampeerders af, om te vragen waar we ons moeten aanmelden. "ies foel, go somewhere else" zegt een boertige Spanjaard, en het hele gezelschap keert zich samen om, hun uniforme The North Face logootjes op hun rechterschouder flashend. Met ons campertje vallen we natuurlijk meteen door de mand, geen tent en gewone kleren, en dat wil gaan kamperen? Woehaa! Niet getreurd, we hebben geboekt, ik heb zelfs een printje van de bevestiging. We voelen ons welkom als Engelse voetbalsupporter op de Grote Markt. Maar we bouwen ons campertje zonder grote problemen om tot 2 slaapkamers, en gaan eten in de shelter, waar het een kwestie is van snelheid: eten of gegeten worden door de ziljoenen zandvlooien, akelige kleine geruisloze vliegjes die elke vierkante cm blote huid feilloos localiseren. Aan de ramen hebben ze gezelschap van honderden vliegen en een stuk of 42 wespen. En de Kampeerders kijken meewarig toe terwijl ze als per opbod rare pannetjes, ingeduffelde thermosflessen en high tech koffiemokken bovenhalen. Mijn humeur zakt beneden het vriespunt. I've never been the outdoor type... Ik praat er even over met Tom, en zie ook hoe Lena en Marie meteen vriendschap sluiten met een bende grote stoute jongens (zo zien ze er in mijn ogen uit, Lena geeft ze ferm weerwoord en na een tijdje noemen ze haar voorwaar Boss!) en maak er dan maar het beste van, maar na de avondlijke wc's met tientallen duimgrote knalgroene kevers, ben ik toch blij de volgende ochtend te vertrekken.

 https://goo.gl/photos/metqqPb85F894vW76

2 Christchurch

Christchurch is de meest Engelse stad buiten Engeland, zegt de reisgids.


De bloemenklok werkt niet!


Bij een bloementuin.


Oude huisjes in een voetgangersstraatje, met een nieuw kantoorgebouw erachter. Christchurch is in veel opzichten zo: Canterbury en een zakelijk centrum dooreen gemixt.


En na amper 1 nachtje, weer inpakken en wegwezen. Op naar de camper!

Op naar Christchurch

Al de hele vakantie vergis ik me tussen Christchuch en Queenstown. En vergeet ik waar we naartoe vliegen, waar we vandaan komen en waar we naartoe gaan. Misschien ben ik erg ontspannen, misschien ben ik een warhoofd... Het is wel ingewikkeld: we vlogen naar Auckland, reden naar Wellington, vlogen via Christchurch naar Queenstown, rijden nu terug naar Christchurch, om dan langs de andere kant van het eiland weer naar Queenstown te rijden en van daaruit via Auckland naar Sydney te vliegen. Ik denk ook steeds dat we ergens een nacht te weinig of te veel geboekt hebben, of de camper in een verkeerde stad gehuurd hebben, maar Lena verzekert me dat alles in orde is, want dat we samen de reis gepland hebben. Dat is waar, ze vond het erg leuk om in de reisboeken mee te kijken en te helpen zoeken naar leuke plekken.

Tussen de meren rijden we door een uitgestrekte vlakte, waar Rohirrin in LOTR galoppeerden.

Lake Tekapo, van een zelfde kleurenpracht als Pukaki gisteren. We zitten nu dus in de auto, voor weer een serieuze rit. Na 3 nachten in Queenstown valt het ons wat zwaar om na 1 nachtje in Mount Cook al weer te vertrekken. Maar na de eerste stop met bottomless coffee, scones en eindelijk nog eens wifi (wel nog geen mail kunnen checken) zijn we al weer in drive-modus. Gisterenavond, toen de kinderen sliepen, slopen Tom en ik eens naar buiten, een meter of 3 maar (die rot Maddy ook...), om naar de heldere sterrenhemel te kijken. Het is aardedonker aan Mount Cook, en je ziet massa's flonkerende sterren. De maan verlichtte de sneeuw op de bergtoppen rond ons. We hadden ook net een tentoonstelling gezien over Sir Edmund Hillary, en al bij al voelde ik me in een avonturenroman uit de jaren '60. Zo één met een lichtblauwe papieren stofomslag met een witte pentekening van een bergketen met een pezige alpinist en wat pikhouwelen ervoor. Jammer dat we geen ruimte hebben in de bagage, zo'n grofgebreide schapenwollen trui en sokken zou mooi passen.

On the road again

We laten Queenstown met spijt in het hart achter. Het was een prachtig stadje, met een wreed plezante ambiance. De receptioniste raadde ons aan om in de winter terug te komen, voor de wintersport. Ik zie het al helemaal voor me, de bergen vol sneeuw als dramatische achtergrond, de ijssalons omgetoverd tot soepbars en de onversaagde mountainbikers aan het snowboarden. Wie weet, op een dag. Ik had tenslotte ook nooit gedacht hier ooit eens te zijn...

We rijden door de bergen, op weg naar Mount Cook, de hoogste berg van Nieuw Zeeland. We passeren kersentuinen en wijngaarden, maar we stoppen niet voor een pick-your-own of een wijnproeverij... dat is moeilijk aan reizen, ik wil altijd alles doen en overal eens stoppen, maar dan komen we pas tegen de avond aan in Mount Cook, en we zijn er maar 1 nachtje dus moeten we doorrijden. Of elke dag om 6 uur op, en dat zou de goede sfeer niet ten goede komen.

Mount Cook komt dichterbij.

Het water van het meer heeft de kleur van lichtblauw stoepkrijt, van muntjesverpakking, van blauwgroen melkglas. De meren zijn glad als een laken en glinsteren niet, grote kleurvlakken zijn het, door een zorgvuldig kindje met één pot plakkaatverf ingekleurd.

Jet boat en Funyak

Zeg nu zelf, iets dat Funyak heet en waar opblaasbare bootjes aan te pas komen klinkt allesbehalve avontuurlijk, laat staan gevaarlijk, niet? We hadden zelfs gebeld om te vragen of het veilig was voor Marie haar oortjes, die wel al beter zijn maar we houden haar liever een tijdje uit het water. "Oh yes it's very safe and no no there are no rapids on the river at all"


Eerst met een busje naar Glenorchy (alles is hier naamgegeven door de Schotten, er zijn glens en de riviertjes heten allemaal Woodburn en aanverwanten, er is zelfs een Dunedin), waar we wetsuits krijgen, en warme fleeces voor eronder, en zelfs van die duiklaarsjes. Lena ziet er zeer stoer uit, en Marietje allerschattigst. Foto's zijn voor als we thuis zijn, ik heb m'n telefoon niet mee, enkel fototoestel. Tom lijkt weggelopen uit Star Trek met zijn wel zeer strak pakje... Ik zeg er maar niets over, we beginnen ons in gezamelijke stilte zorgen te maken over wat ons te wachten staat.

De rit met de jetboat is spannend maar ik ben er niet wild van. Zo'n boot kan op 10 cm water varen, de Dart River waar we varen is op veel plaatsen erg ondiep. Het lijkt meer op allerlei verschillende rivieren die in en uit elkaar vloeien op een brede grindvlakte. Het water is smeltwater van de gletsjer en ijskoud, 4 graden. Het is zeer helder, lichtblauw en drinkbaar. We maken bochten van 360 graden (spat spat) en de bestuurder stuurt recht op rotsen af om er op het laatste moment rakeling langs te scheren. Geef mijn portie maar aan Fikkie. Het is wel mooi om zo midden in het landschap te zijn, maar de boot maakt te veel lawaai, ik voel me een beetje als op een quad. Dat is schadelijker voor de natuur, zo'n jetboat maakt het landschap niet kapot, maar een quad mag je zelf besturen en dat vind ik dan wel weer leuk. Soit, na een uurtje mogen we eruit, aan de kant van de rivier zijn de mooie jongens en meisjes van de organisatie al met de oranje bootjes in de weer.

De schrik slaat me nu echt wel om het hart. Moeten we op deze rivier kayakken? Want de opblaasbootjes blijken wel kayaks te zijn, ik had ergens gedacht dat het op een soort meertje eens bootjevaren zou zijn...

We vragen of Marie voor alle zekerheid bij een gids mag, samen met Tom. Lena en ik zouden dan als de waterratten die we zijn wel samen in een boot gaan. De gids zegt dat het beter is als beide kinderen met haar mee gaan, en Tom en ik samen een kayak nemen. God bless onze kinderen die dat geen probleem vinden. Zou Lena evenveel vertrouwen hebben in mijn navigatiekunsten als ikzelf? We krijgen een korte uitleg over peddelen, wat mij betreft kunnen ze dat evengoed in het Latijn zeggen.

Naar links is achteruit peddelen? Què? Waarom? Soit, we prenten de zinnetjes in ons hoofd (met de stroming meeleunen als je een andere stroom kruist, als je omslaat zwemmen en niet proberen stappen, links is achteruit voor mij, rechts achteruit voor Tom, als je gaat botsen ga met je neus eerst) en vertrekken. De kinderen zitten veilig bij gids Anke en hebben ook roeispanen, maar Anke verzekert ons dat hun roeien geen invloed heeft-we hopen het voor haar, we zijn immers familie.

De eerste 10 meter gaan goed, dan lopen Tom en ik vast. We doen het leunen met de stroom mee heel goed, waardoor we weer komen te vlotten. OK, we weten nu dat de stroming heel sterk is, maar we zijn ook blij dat we geen nat pak hebben. Daarna leren we snel bij. Tom is de kapitein, ik peddel en peddel maar, door het adembenemende landschap. Isengard is hier gefilmd, en waar de lopende bomen een dam kapotmaken. The Chronicles of Narnia ook, maar die films ken ik niet. Ook een reclame voor Milka, met een paarse koe in wat ik dacht dat de Zwitserse Alpen waren!

 

Queenstown

We pikken de auto op, een Holden ditmaal. De plaatselijke johnenbak bij uitstek. I like!

Queenstown klinkt statig, maar is dat allesbehalve. Het is maar een paar straten groot, aan de ene kant het uitgestrekte turkooizen Waitipu meer (wel 300 meter diep!) en aan alle andere kanten de grote ruwe bergen. In de straten vechten hippe koffietentjes en state of the art buitensportwinkels voor elke meter.

Om ergens aan het werk te kunnen moet je geen kwalificaties hebben behalve buitenwerelds knap zijn. Als het meisje met de ogen die wonderwel lijken op de kleur van het meer of de kerel met indrukwekkende Maori tattoo wat treuzelt met de koffie neem je het er met plezier bij. Alles is mooi, alles is lekkker en alles loopt gesmeerd.

We slapen aan het meer.

De tweede dag gaan we op een avontuurlijke daguitstap, waarover later meer. De derde dag is het wat bewolkt en ineens een pak frisser. We gaan met een heuse stoomboot naar een boerderij aan de andere kant van het meer, maar eerst drinken we de beste chocolademelk ooit bij Patagonia, een chocolade en ijsjeszaak. In een tijdschrift staat een foto van Patagonië, en het heeft er hier iets weg van!

Foto's: https://goo.gl/photos/XDVdVLBP8SNUCTja8